Legends 2018 verkenning

Na terugkomst in Nederland vrijdag avond, na 2 dagen Spine training in Hayfield, UK, had ik voor mezelf een volgende training gepland namelijk het gewijzigde deel van het Legends parkoers in 2018 verkennen. Ik had me vergist in de datum waarop Lander Debrabandere zijn verkenning had gepland, dacht dat het dit weekend was. Ben inmiddels gewend om solo een nachtje door de Ardennen te dwalen dus niets weerhoudt me om weer een enerverend tochtje te gaan maken. Post mijn plannen op Facebook, maar als het er inderdaad naar uit lijkt te gaan zien dat het een solo gaat worden geeft Ingo van de Bergh aan dat hij me vergezelt op het tochtje. Hoewel ik me nimmer zorgen heb gemaakt om mijn veiligheid tijdens nachtelijke exersities is het wel beter om niet alleen te gaan. En met zijn tweeën is gezelliger want alleen is ook maar alleen.

Zaterdag aan het eind van de middag tuf ik naar Urmond waar Ingo en ik met twee auto's richting Trois-Ponts zullen gaan. Het te verkennen stukje tussen Aywaille en Trois-Ponts is per trein af te leggen, echter in het weekend is de dienstregeling vrij beroerd met een trein om de twee uur. Verder ben je net wat flexibel met twee auto's.

Ik rij achter Ingo aan en verwacht dat we voor Luik de E42 op zullen gaan richting het oosten. We continueren richting Luik en als Ingo voor wat peut stopt in het centrum van Luik geeft hij aan dat hij Aywaille in zijn hoofd had en niet Trois-Ponts. Vanuit Luik maakt het niet veel uit of je verder zuidwaarts gaat en vervolgens afslaat richting Trois-Ponts of een stukje terug rijdt. De belijning in het centrum is wat gewijzigd en als Ingo de juiste rijstrook zuidwaarts neemt zit ik op de verkeerde rijstrook. Even een puntstukje meepakken gaat me net iets te ver. Na een korte detour heb ik de juiste richting weer gevonden en staat Ingo langs de kant van de weg te wachten.

We rijden verder naar het station van Trois-Ponts waar we een auto willen neerzetten. Het doorsteken van het Legends parkoers naar het station is een kilometer of vijf. Ingo weer een beter plekje op een camping dat ook nog eens dichter langs het parkoers ligt. Vanaf de camping rij ik naar het station van Aywaille waar de route langs komt. Het blijft altijd een puzzel wat te dragen, wel of geen jasje. Te veel kleding betekent zweten en te warm, iets waar je niet op zit te wachten. Maar te koud is ook geen optie, zeker niet op een lange tocht.


Rond de klok van acht uur hobbelen we rustig aan. Een klein stukje leidt door het centrum van Aywaille maar niet veel later slaan we het bos in. Korte stijle klimmetjes en afdalingen wisselen elkaar af. Navigatie technisch is het goed te doen maar in een bos met heel veel paadjes moet je wel opletten. Vaak komen paadjes uiteindelijk weer samen dus als de richting juist is komt het vaak wel goed. Het is zeker niet koud en we wisselen wandelen tijdens de klimmetjes af met rustig hobbelen. Heb er plezier in weer een mooie lange nachtelijke tocht te maken. Als de avond vordert wordt het langzaam kouder en mag het jasje en een paar dunne handschoentjes aan. Belangrijk om steeds de juiste kleding te dragen.

Tijdens het Legends trainingsweekend liep ik voor het eerst met mijn front pack. Destijds niet op de juiste wijze bevestigd waardoor het weinig stabiel zat. Na wat aanpassingen draagt het nu prettig. Niet dat ik meer ruimte nodig heb naast mijn 30 liter rugzak maar een front pack biedt me de mogelijkheid zaken te pakken of op te bergen onder het wandelen. Vanuit het efficiënt proberen voort te bewegen ideaal.

Ik ben hier nimmer geweest maar Ingo herkent delen van het parkoers van eerdere trails. Gestaag vorderen we gedurende de avond. Het hobbelen wordt wat minder wat ik niet erg vind als iemand die het van wandelen moet hebben. Mijn hobbel tempo blijft wel achter ten opzichte van Ingo maar het is geen probleem om bij elkaar te blijven. Na een tijdje komen we bij een doorgaande weg waar we veilig aan de binnenkant van de vangrail lopen. Dit was een stukje wat ik me nog wel wist te herinneren van de uitleg over het nieuwe deel van het parkoers tijdens het trainingsweekend. Na een paar honderd meter slaan we weer het bos in. Het jachtseizoen is open en we komen een bordje tegen dat het bos gesloten is vanwege de jacht. We gaan er maar vanuit dat er in de nacht niet gejaagd wordt en negeren het bord. Nu volgen een aantal stevige klimmen, en natuurlijk ook weer dalingen. Het water zoekt zich regelmatig een weg over het pad naar beneden en we bewegen ons soms voort als ballerinas om droge voetjes te houden. Uiteindelijk kom je via een grote boog boven aan de Ninglinspo terecht.

De sneeuw blijft gestaag vallen en we zoeken een beschut plekje waar we even wat extra kleding kunnen aantrekken. Uiteindelijk gaan we maar onder de bomen staan. Ik heb het niet koud maar mijn vingertoppen zijn wat gevoelloos geworden. Het regenjasje wordt verruild voor een dikke 3-laags Goretex jas. Als we weer een paar minuten aan het wandelen zijn worden mijn vingers weer fijn warm en zullen ook warm blijven. Het lichaam geeft prioriteit aan het warmhouden van de kern en de vingers blijven dan van warmte verstoken. Het aantrekken van warmere kleding zorgt ervoor dat de kern makkelijker warm gehouden kan worden zodat de vingers ook weer opwarmen.

Soms mag je het stroompje oversteken, soepel huppend over wat steentjes. Bij een afdaling moet de enkel plotseling corrigeren en worden de bandjes flink opgerekt. Gelukkig is er sprake van rustig hobbelen en lijkt de schade mee te vallen. Direct rustig doorwandelen zodat de boel niet stijf wordt en vervolgens weer rustig doorhobbelen. Als Ingo even later vraagt hoe het met de enkel gaat ben ik alweer vergeten dat ie een zwieper heeft gemaakt. Na de afdaling langs de Ninglinspo volgt een stuk langs de Chefna, een prachtig stukje langs het stroompje. Regelmatig mag het water worden overgestoken over niets meer dan een plank. Natte stenen zijn glad, maar nat hout is nog veel gladder. Voorzichtigheid is dus geboden. De volgende vier wijzen van oversteken passeren de revue. Spreidzit over de plank en hobbend naar de overkant. Voordeel: weinig kans om in de plomp te belanden, nadeel een natte kont. Kruipend over de plank, jong geleerd is oud gedaan. Rustig, met zijwaartse pasjes lopend, en rustig lopend. Een paar uur voordat het weer licht wordt krijg ik enorme slaap. Even een paar minuten met gesloten ogen op een nat pad gaan liggen trekt me niet echt. Als alternatief ga ik met gesloten ogen een paar minuten voorover tegen een boom aan hangen. De ergste slaap lijkt nu weer voorbij.

Na een tijdje lopen we over een stukje asfalt waarna we links een brede pad inslaan. Dit zal later het startpunt van een bak ellende blijken te zijn. Vaak biedt een brede pad kans om flink tempo te wandelen, maar modder voert in deze de boventoon. Of zoals ze in Vlaanderen zeggen, het is vettig. Om de voetjes zoveel mogelijk droog te houden zoek je je een weg over het pad en soms langs het pad. De pad gaat over in terrein dat veel wegheeft van moerasland, werkelijk geen droog stukje te bespeuren. Soms beproeven we ons geluk in de bosrand in de hoop droger terrein aan te treffen. En dit houd aan voor vele kilometers en echt opschieten doet het niet.

Gekscherend keuren Ingo en ik dit deel van het parkoers zd, of anders een paar uur extra om je door het terrein te werken. We zijn blij als we uiteindelijk weer op een begaanbaar pad uitkomen. Niet veel later vervolgt de route weer door veengebied maar deze keer voorzien van hobbel planken. Doet me een beetje denken aan de hoge venen tijdens het trainingsweekend. Erg mooi om in het donker rustig over de besneeuwde planken te hobbelen. We hebben nu via Messenger contact met race directors Stef en Tim, de grondleggers van dit enerverende parkoers. Via een stukje bos komen we bij een lokaal vliegveld met fijne droge brede paden. Een verademing.


Van de prut zijn we nog niet af want brede paden worden afgewisseld met mooie single tracks die bemodderd zijn. Het laatste deel van de tocht leidt van Francorchamps naar Stavelot. De bruggetjes zijn door de winterse neerslag behoorlijk glad; waakzaamheid geboden om niet op je bek te gaan. In Stavelot passeren we een eettentje, handig om te weten als je hier overdag langs komt tijdens de Legends Trail.

In de laatste paar kilometer mag nog een behoorlijk aantal hoogtemeters worden overwonnen. Wanneer we bijna bij de doorsteek naar de camping zijn zien we wederom een bordje gesloten vanwege de jacht. Het is nu overdag en spreken dan maar af dat we geen bordje hebben gezien omdat we door een weiland zijn gekomen. Moeten ze ons niet eerst omver paffen. Na bijna 17 uur zijn we weer op de camping.


Het is een lange tocht geworden. Ik vind een omkleed gelegenheid in een telefooncel die sinds de tijd van keizer Napoleon niet meer is gebruikt. In Trois-Ponts genieten we na met koffie, warme choco en appeltaart. Ingo brengt ons weer naar Aywaille waar we eerst een power nap houden alvorens huiswaarts te keren. We willen geen slaaprijders worden. Wanneer ik net voorbij Maastricht ben word ik weer overmand door slaap. Even gestopt op een parkeerplaats voor een kwartiertje ogen sluiten alvorens het laatste stukje naar huis te rijden.

Het was een fijne tocht in voorbereiding op de Legends Trail volgend jaar.

Reacties

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Legends Trail 2019, verslagen door Klaas Vaak

LEO180, bikkelen in Brabant

Het Ardennenoffensief bleek een brug te ver